Hoe een visioen het leven van Def P redde in een Amerikaanse woestijn
Foto door Rebecca Camphens

FYI.

This story is over 5 years old.

sterke verhalen

Hoe een visioen het leven van Def P redde in een Amerikaanse woestijn

“Ik had de woestijn flink onderschat. Weet je, in Nederland ben je gewend dat je na vijf minuten wel weer iets tegenkomt.”
Lisa Lotens
Amsterdam, NL

In deze serie vragen we interessante mensen naar hun allersterkste verhaal. In aflevering 4 het verhaal van Osdorp Posse-frontman en kunstenaar Pascal Griffioen, die tegenwoordig in zijn atelier op Zeeburg in Amsterdam schilderijen maakt.

In 2005 ging ik met mijn toenmalige vriendin naar het huwelijk van mijn nicht bij Lake Tahoe, in de VS. Dat was hartstikke leuk, en na de bruiloft ging ik met mijn vriendin richting Los Angeles, via Las Vegas, om mijn tante te bezoeken. Mijn nicht had een snelle zilveren sportauto die we mochten lenen. Tussen LA en Las Vegas ligt een hardcore woestijn waar we doorheen moesten, de Mojave desert. De meeste mensen pakken de snelweg en rijden er zo snel mogelijk omheen - het is namelijk nogal moeilijk om erdoorheen te komen. Maar het leek ons juist tof om dwars door de natuur en over zandwegen te rijden. Ik ben nogal een woestijnfan.

Advertentie

In het begin van de rit ging alles voorspoedig. We reden over prachtige slingerwegen en door heuvelachtige gebieden met heel veel cactussen, en van die roodgekleurde canyons - supermooi. Het voelde een beetje alsof we in een roadtripfilm zaten. Je kan in dat gebied uren over de weg rijden en niemand tegenkomen.

Het werd avond, dus we zochten een plek om te slapen. We kwamen aan bij een minidorpje met een hotel, twee of drie huizen en een tankstation. We hadden zoiets van: oké, laten we hier overnachten, en dan gaan we morgen keihard door de woestijn stuiven. We gingen slapen, en die nacht kreeg ik een hele rare, maar superrealistische droom. Ik droomde dat ik met mijn vriendin in de auto zat, in de woestijn. We zaten niet in onze zilveren sportauto, maar in een witte Landrover, en die Landrover stond op een trein. Je hebt daar in de woestijn van die hele lange goederentreinen met van die platte wagons. Wij stonden met onze auto op de achterste platte wagon. Ik zat achter het stuur en mijn vriendin zat naast me. Ik dacht: wat de fuck doen we hier? Toen kwam opeens mijn nicht tevoorschijn, en die probeerde de auto van de trein af te duwen. Ze duwde, en schreeuwde: "You have to go the other way!" Ik zei tegen haar dat ze normaal moest doen, maar ze bleef maar doorgaan. Nog voordat ik op de rem kon duwen, rolden we al van de rijdende trein af. De auto viel met een schok op de rails, waarna we nog een tijdje hobbelend achter die trein aan reden, over de rails. Toen schrok ik wakker. Ik keek om me heen en dacht: oh, gelukkig, we zijn gewoon in het hotel. Niks aan de hand. Maar het was zó realistisch. De volgende dag vertelde ik het aan m'n vriendin, en die vond het ook maar een raar verhaal.

Advertentie

Die ochtend stapten we in de auto, om vanaf het dorpje naar LA te rijden, dwars door de Mojave-woestijn. Ik had al een beetje op de kaart gekeken, en wist dat we op een gegeven moment langs een dorpje met een paar huizen moesten komen. We reden door de gortdroge woestijn, en op een gegeven moment kwamen we een houten, zelfgemaakt bordje tegen dat aangaf welke kant we op moesten voor dat dorpje. Maar ik dacht dat ik het beter wist dan dat bord, omdat ik op de kaart had gekeken. Ik dacht dat we wel een stukje konden afsnijden via een kiezelig zandpaadje. Ik had zoiets van: wat kan er nou gebeuren? We zitten nog steeds op een weggetje. Mijn logica was dat je altijd ergens moet uitkomen, als je een weggetje volgt. Maar zo werkt dat natuurlijk niet in de woestijn.

We reden verder, maar ik had onderschat hoeveel benzine we nodig zouden hebben om bij het dorp te komen. Als je eenmaal op zandpaden rijdt, kun je namelijk niet echt lekker doorrijden. Het hobbelt, er liggen keien, en je hele auto trilt uit elkaar. Dat slurpt benzine. Na een tijd was het geen weg meer, maar gewoon zand, woestijn. In het begin zag je nog de bandensporen, of een bord of een paal. Maar dat zagen we op een bepaald moment ook niet meer. Er was helemaal niks, alleen een uitgestrekt landschap van zand en rotsen, overal om ons heen. We wisten ook niet meer waar die oorspronkelijke weg was, dus we bleven maar rijden. En de tank raakte leger en leger, totdat we op het punt kwamen dat de wijzer in het rood ging. Toen begon de paniek wel toe te slaan. We hadden ook niet heel veel water ingeslagen. Bovendien: overdag is het 50 graden in de woestijn, en 's nachts vriest het. Ik had de woestijn flink onderschat. Weet je, in Nederland ben je gewend dat je na vijf minuten wel weer iets tegenkomt. Het zweet stond in mijn handen en ik dacht: als we niet snel iets vinden, gaan we echt kapot hier.

Advertentie

Ik dacht: het maakt eigenlijk niet meer uit welke kant we oprijden, we moeten gewoon zoveel mogelijk rechtdoor blijven gaan. Als we dan een teken van leven zien, stevenen we erop af en kunnen we iemand waarschuwen dat onze tank leeg is. Toen zag ik in de horizon masten staan. We reden dwars door het zand die kant op, want het was in elk geval een teken van beschaving. Het bleek een treinrails te zijn, met daarnaast een zandpad.

Ik was al een beetje opgelucht, want ik dacht: ook al is hier helemaal niemand, dan kunnen we tenminste wachten tot er een trein voorbij komt, en desnoods op de rails gaan staan totdat-ie stopt. Het begon toen al een beetje te schemeren, het was het einde van de middag. De tijd begon te dringen. Hoe dichterbij we bij de rails kwamen, hoe beter we konden zien dat er zo'n hele lange goederentrein overheen reed. Maar we waren er nog lang niet, dus we waren bang dat we de trein zouden missen. Ik probeerde zo snel mogelijk dichterbij te komen. Toen we dichtbij genoeg waren, zagen we de laatste paar wagons aan ons voorbijgaan.

Tot mijn grote verbazing was het precies zoals in mijn droom. De laatste paar wagons waren van die platte, lege wagons. Een witte Landrover reed erachteraan. Die hobbelde over de rails. Dat vond ik echt heel raar, want behalve dat ik dit dus precies zo gedroomd had, dacht ik: waarom zou een Landrover middenin de woestijn achter een trein aanrijden over de rails? Helemaal omdat er gewoon een pad langsliep. Maar goed, die auto reed ook verder. Ik vond het niet slim om er achteraan te rijden met onze laatste druppel benzine.

Advertentie

Ik wist even niet meer wat ik moest doen. Opeens moest ik heel sterk aan die droom denken. Dat mijn nicht zei: "You have to go the other way". Mijn eerste neiging was om achter die witte Landrover aan te rijden, maar mijn ratio zei: nee, laat ik nou luisteren naar die droom en de andere kant opgaan.

Die rails ging - aan de andere kant - over een soort heuvel. Ik reed omhoog, en op het moment dat we de heuvel overgingen zag ik in de verte, in de middle of nowhere, een tankstation. Naast de rails. Precies op dat moment ging de tank leeg. Omdat het naar beneden ging kon ik de koppeling induwen en op de kracht van de zwaartekracht richting het tankstation rollen. Bij het tankstation stond zo'n vage woestijndude, met een lange baard en een hoed op. Hij gooide onze tank vol, en wij bedankten, alsof er niks aan de hand was.


Lees ook:

Aflevering #1 - Het verhaal van kunstenaar Dick el Demasiado, die op de Noordpool een live-cd opnamen samen met een militair orkest uit Rusland. Zo ontsnapte hij in feite aan de dood.

Aflevering #2 - Het levensverhaal van Kim Holland, die van strenge Jehova's getuige het roer omgooide en seksgodin werd.

Aflevering #3 - Het verhaal van turborocker en cultlegende Guy Tavares, die ooit een man hoorde ontploffen naast zijn huis, maar lekker in bed bleef liggen.