AJ Tracey in een bad.
Foto door Ashley Verse

FYI.

This story is over 5 years old.

Muziek

AJ Tracey vindt zichzelf slim, maar ook erg lui

We spraken hem bij hem thuis over zijn debuutalbum, nadat hij eerst nog even 'Fortnite' speelde.
Ryan Bassil
London, GB

AJ Tracey houdt van games. Nu zit hij toevallig Fortnite te spelen, maar hij vermaakt zich ook prima met Fifa en Call of Duty. Of Monopoly, maar dan de virtuele versie. “Je kunt de dubbelsteen gooien door met je controller te schudden,” zegt hij terwijl hij achterover leunt in zijn sofa. “Je kunt het met z’n achten doen. Dan kom je met een groepje samen, eet en drink je wat, en leg je geld in. Echt geld, voor de duidelijkheid.”

Advertentie

We zijn in zijn nieuwe appartement, een mooie ruimte vlak bij Ladbroke Grove, de Londense buurt waar hij is opgegroeid – en die dankzij hem een plek heeft verworven in de grimegeschiedenis. Hoewel het allang geen kerst meer is, staat er wel een kerstboom in zijn woonkamer. Buiten ligt er eentje op de grond. Niet dat het verder nou een rommeltje is in zijn huis, want los van die bomen is het er vrij schoon. AJ is gewoon niet zoveel thuis, de laatste tijd.

Laatst was hij bijvoorbeeld in Australië, waar hij rond de jaarwisseling voor drie shows was geboekt. Daarvoor was hij in Nederland, Duitsland, België en Zwitserland. Sinds hij in 2016 doorbrak met zijn single Thiago Silva – een bewerking van Prince Rapids Pied Piper , waarmee hij de kloof dichtte tussen oude en nieuwe grimegeneraties – zijn zijn dromen uitgekomen, en verovert hij land na land.

Op het moment dat we afspreken, is zijn langverwachte, titelloze debuutalbum nog niet uit. Nu is dat inmiddels wel zo, wat fijn is voor de fans die er zo lang naar uit hebben gekeken. Maar daarover later meer. AJ is namelijk nog steeds bezig met Fortnite, wat betekent dat ik de gelegenheid heb om een beetje door zijn appartement te dwalen.

Het eerste dat me opvalt zijn de acht Bearbricks in zijn entertainmentset, die waarschijnlijk meer ruimte in beslag neemt dan de muren van jouw slaapkamer. Mocht je je afvragen wat Bearbricks zijn (ik moest het zelf ook vragen): dat zijn een soort cartoonachtige beertjes die verzameld worden door hype-gevoelige mensen. “Het is een soort verzamelobject,” legt AJ uit. “Zoals Supreme-producten, of zo.” Ondertussen wijst hij naar een Mickey Mouse-variant, een persoonlijke favoriet. En waarschijnlijk ook niet het goedkoopste exemplaar uit zijn verzameling.

Advertentie

Noem AJ gerust een verzamelaar. Hij verzamelt ook prijzen, zoals die voor de Track van het Jaar van GRM Daily, die hij won voor Butterflies. Of die van MTV Brand New, of die voor Beste Britse MC volgens DJ Mag, die hij allebei won in 2017. En nog eentje van GRM, en nog wel een paar. Laten we het houden op een aardige hoeveelheid. Het is indrukwekkend om al die prijzen in zijn huis te zien, maar aangezien ik verder ook niet zo goed weet wat ik er precies mee aan moet – zelf heb ik ook nooit iets gewonnen, misschien ligt het daaraan – loop ik verder.

Terwijl AJ bezig blijft met zijn Xbox, neem ik een kijkje in zijn keuken. “Wat is dat?” roep ik verbaasd. Waarna ik gelijk besef dat ik brutaal aan het rondneuzen ben in de keuken van een onbekende, die bovendien beroemd is. “Sorry, ik ben soms een beetje nieuwsgierig.”

AJ kan er gelukkig wel om lachen. Het ding waar ik naar keek is een boeketje zwarte rozen, bewaard achter glas (?), dat hij van zijn vriendin heeft gekregen. Daarna zie ik een soort globe met de tekst ‘The world is yours’. “Is dat niet van Scarface?”, vraag ik. Dat klopt. En het is niet zomaar een Scarface-globe, maar een limited edition-versie van Supreme – net als de vijf onuitgepakte skateboards die in zijn lounge liggen, en de twee deurmatten in de gang.

Aangezien hij toch al zoveel spullen heeft, vraag ik AJ of hij mij niet een skateboard kan geven, zodat ik het weer kan doorverkopen. Hij lacht, en gaat weer verder met Fortnite. Een beetje alsof je iets tegen een vriend zegt en hij doet alsof hij luistert, maar ondertussen een berichtje op zijn telefoon tikt. Het enige verschil is dat AJ een rapper is – een rapper die op dit moment al vijf à tien minuten geïnterviewd wordt – en een gedisciplineerde gamer die het zich blijkbaar niet kan veroorloven om een momentje te verzaken.

Advertentie

"Dus dit is wat je doet als je geen muziek maakt?”, vraag ik als hij zijn gecustomizede controller even aan de kant legt. “Ja, ik speel meestal games. Of ik kijk op Twitch hoe andere mensen gamen, of ik praat met vrienden over games.”

AJ heeft in totaal acht Xbox-controllers. Ook een paar voor de slaapkamer bijvoorbeeld, waar óók een Xbox staat (en ook nog een Nintendo Switch, trouwens). Als ik hem vraag wat zijn vijf favoriete spellen zijn, leunt hij tevreden achterover, en zegt hij in één adem: “ Call of Duty, Runescape, League of Legends, Fortnite en Monopoly.” Dat roept toch een vraag op. Hoe kun je zo geobsedeerd zijn door games – en dan ook nog eens de meest nerdy games die er zijn – en tegelijkertijd zo’n succesvolle rapper zijn?

“Vroeger wilde ik altijd advocaat worden, omdat ik gek ben op ruziemaken,” licht hij toe. “Maar ik ben ook erg lui. Slim, maar lui. Het leek me toch een beetje te veel.” Het volgende idee was voetbal. Hij had helemaal uitgestippeld hoe hij in de jeugdopleiding van Queens Park Rangers zou komen, maar kreeg toen een blessure. Een verhaal dat ik inmiddels al van heel veel rappers heb gehoord – het verschil is alleen dat AJ sowieso al niet goed genoeg was.

AJ studeerde vervolgens criminologie aan de London Metropolitan University. Aantekeningen maken in de collegezaal deed hij alleen niet echt. Hij schreef liever teksten. Want eigenlijk wilde hij rapper worden, zoals zijn idolen Merky ACE en Skepta. “Mijn moeder steunde me en zei dat ik een goede kans zou maken. Ze vroeg: ‘Wat heb je te verliezen?’ Dus ik dacht: fuck it, ik ga het gewoon proberen.” En dus stopte hij met zijn opleiding.

Advertentie

Vraag niet hoe, maar hij deed het. Een release op Soundcloud hier, een videootje daar. En toen Sian Anderson van 1Xtra zijn muziek begon te draaien, kwam het pas echt goed op gang. Toen kwam langzamerhand de AJ Tracey naar boven zoals je hem kent. De AJ Tracey van Pasta – dat deuntje dat, net als Thiago Silva, een ijkpunt in de tijd zou worden. De AJ Tracey die op het belangrijkste rapplatform van het Verenigd Koninkrijk werd aangeduid als de ‘toekomst van grime’.

Wanneer AJ rapt, lijkt hij een ander persoon dan wanneer je hem online tegenkomt in een game (en hij je neersteekt met een zwaard, of wat voor wapens ze in Runescape ook mogen hebben). Op zijn platen hoor je soms een wat opschepperige, misschien zelfs arrogante kant van hem. Toch is er amper een verschil tussen deze AJ en de AJ die in zijn jeugd Yu-Gi-Oh speelde. Maar je zou ook kunnen zeggen dat zijn muziek de eigenwijze kant in hem naar boven haalt.

Afgelopen oktober tweette AJ dat hij de “meest veelzijdige artiest van Londen” was, en dat je het daar verder niet mee eens hoefde te zijn “omdat het een feit” is. Hoewel dat niet de meest bescheiden uitspraak is die je je kunt voorstellen, kun je ook moeilijk ontkennen dat hij wel degelijk de potentie heeft om het te kunnen zijn. Waar veel artiesten een beetje bij hetzelfde geluid blijven plakken, doorkruist hij verschillende genres op zijn debuutalbum, waarin hij niet alleen zijn persoonlijke relatie met muziek in kaart brengt, maar ook een verlangen om zichzelf te uiten. “Het narratief ben ikzelf. Het gaat over mij: hoe ik opgroeide, Trinidad, mijn vrienden, UK garage, de Spurs.”

Zijn album is dus opgebouwd uit allemaal kleine elementen die hem maken tot wie hij is – al staan er verder ook bijdragen op van Giggs, Not3s en Jay Critch, en hebben ook producers er hun invloed op gehad. Swifta Beatz voorzag Doing it bijvoorbeeld van de energie die ook Man Don’t Care van JME zo succesvol maakte, en Conducta gaf Ladbroke Grove een vleugje UK garage door er een sample in op te nemen van een bekende, jonge Britse zanger – je herkent ‘m vanzelf wel als je het album luistert.

Zelf heeft AJ trouwens ook het een en ander geproduceerd. Tell Man Twice uit 2017, bijvoorbeeld: een samenwerking met zijn oudere neef Big Zuu, en LA4AWEEK, met zijn oude vriend Nyge, die ook tracks op dit album voor zijn rekening heeft genomen. Hij vertelt dat er ook een versie van zijn album is die voor de helft uit zijn eigen beats bestaat. Die waren helaas niet gepolijst genoeg om te gebruiken – hij moet er nog even wat tijd en aandacht in steken. “Ik wil dat iedereen mijn beats hoort en zich realiseert hoe hard ze zijn,” zegt hij. Dus hij wil op een dag een album uitbrengen met uitsluitend zijn eigen beats? “Ja, dat is wel waar ik heen wil.” Hij klinkt zelfverzekerd. Tijdens ons gesprek is er überhaupt geen enkel moment waarop hij níet zelfverzekerd klinkt.

Arrogant zou ik hem niet willen noemen – hij is net zo zelfverzekerd als charmant en vertederend. En je zou nog zoveel meer karaktereigenschappen van hem kunnen benoemen, maar het komt er vooral op neer dat AJ Tracey een echte ster is. Het zou te kort door de bocht zijn om hem alleen te zien als laveloze gamer die niks van de wereld wil zien. AJ zou ook dezelfde persoon zijn als hij níet al die tours had gehad en die prijzen had gewonnen. Er hangt een speciaal luchtje om hem heen, eentje die je voelt in zijn vriendelijke, maar ondeugende aanwezigheid, hoort in zijn teksten en ook duidelijk terugziet in zijn appartement. Hij speelt graag spelletjes, en hij wil winnen. Hij wil alles winnen.

Volg Noisey op Facebook, Instagram en Twitter.