FYI.

This story is over 5 years old.

Muziek

Waarom het extreem terecht is dat er woontorens naar Lee Towers worden vernoemd

Ik heb me als tiener misdragen bij een optreden van Lee, maar daar keek hij niet van op. Sindsdien ben ik degene die opkijkt naar hem.
Screenshot via

Lee Towers. De man met de elleboog en de gouden microfoon. Wat een man is dat. En wat is het terecht dat er in Rotterdam, zijn Rotterdam, twee woontorens naar hem worden vernoemd. En dat is wat mij betreft dan niet eens omdat het a) alleen maar logisch is – de beste man heet Towers – en b) omdat hij toch de bekendste vertolker is van het clublied van Feyenoord. Nee, waarom ik het ontzettend terecht vind, heeft een persoonlijke reden, die ik nu voor je uit de doeken zal doen.

Advertentie

Het zit namelijk zo. Toen ik nog een jonge jongen was, een jaar of zestien, heb ik Lee ontmoet. Die ontmoeting heeft zeer veel voor mij betekend. Ik was wat ze toen nog een alto noemden. Ik luisterde naar punkrock, droeg zo’n gekke Overzeas-broek met een zware, ijzeren ketting eraan, had elke week een ander moeilijk kapsel en dronk het liefst heel veel Smirnoff Ice. In het stadje waar ik woonde, Middelburg, was naast een potje poolen in het plaatselijke hardrockcafé, niet bijster veel te doen voor vervelende dan wel verveelde jongeren. Daarom waren mijn vrienden en ik al weken helemaal in de ban van Lee Towers, toen werd aangekondigd dat hij zou komen optreden op de Grote Markt.

We luisterden zijn liedjes, die we hadden gedownload met Napster. Dat deden we in de huiskamer van een vriend wiens moeder vaak ’s avonds de hort op was. Dan dronken we zoete mixdrankjes zoals die van Breezer, rookten we een stuk of acht joints en gingen we pogoënd door de woonkamer. Waarom we zo geobsedeerd raakten met Lee Towers weet ik niet precies. Het zal ermee te maken hebben gehad dat hij toch de belichaming was van een ouwe lul, en wij als zestienjarigen daar tegen in verzet moesten komen. Toch herinner ik me ook een oprechte waardering voor zijn muziek. Vooral zijn cover van Rhinestone Cowboy van Glenn Campbell luisterden we veel en graag. Ik kan het tot de dag van vandaag meezingen. We waren het er in elk geval over eens dat we erbij moesten zijn, bij dat optreden op de Grote Markt. En dus trokken we, op die bewuste dag, richting de stad. We hadden ons uitgedost in onze punkkostuums, en een misselijkmakende hoeveelheid mixdrankjes achter de kiezen. We waren helemaal klaar voor Lee.

Advertentie

Dit is de versie van Glen Campbell. Die van Lee Towers kon ik helaas niet vinden :(

Het concert was al begonnen toen we aankwamen. Een zee van oude, grijze mensen had zich voor het podium verzameld waar Lee Towers op stond, met zijn gouden microfoon. Echt goed konden we hem niet zien, want het was nogal druk. Ik weet niet meer wiens idee het was, maar nadat we ons een weg naar voren hadden gewurmd en tegen dranghekken aanliepen, besloot een van ons om eroverheen te klimmen. De rest volgde. Achter die dranghekken, maar nog voor het podium, stonden een boel van die witte, plastic tafels en stoelen, met op elke tafel een plastic vaas met een roos erin.

We waren zat. We wilden anarchie. Alles moest kapot. We hebben daar als gekken staan moshen, het moet een idioot gezicht zijn geweest. De plastic stoelen vlogen in het rond. We gooiden alle rozen op het podium en in het publiek. En vanaf de eerste klanken tot het slotakkoord van Rhinestone Cowboy heb ik zo hard staan headbangen dat ik nog een week last had van mijn nek. Zo, zal ik hebben gedacht, daar hebben we jou eventjes goed tuk, Lee Towers. En de hele grijze bevolking van Middelburg bovendien.

Maar hoe anders liep het af. Terwijl wij daar als beesten tekeergingen, keek Lee ons lachend aan. Het leek alsof hij genoot van ons gedrag. Toen hij klaar was met de show, gaf hij ons allemaal een hand. Lee Towers 1 – boze pubers 0. Sinds die dag heb ik onmetelijk veel respect voor Lee Towers. Als het aan mij ligt, wordt er een hele stad naar hem vernoemd.