FYI.

This story is over 5 years old.

Muziek

Tien jaar Subbacultcha!: van bandavond naar een merk

“Ook punk en heel erg Subbacultcha!: gewoon dingen doen.”

Altijd goed voor je reputatie als concertorganisator als men het jaren later nog heeft over die ene avond met die rij tot aan het Leidseplein. Dat overkwam het Amsterdamse Subbacultcha! bij een boeking van Ariel Pink. Morgen lopen ze alweer tien jaar mee, en dat vieren ze in de OT301. Van een bandavond in Paradiso is Subbacultcha! uitgegroeid tot een culturele organisatie die “voorop loopt”, aldus oprichter Leon Caren. Wij spraken met hem over de hoogtepunten van deze tien jaar. In 2010 hadden Caren en zijn compagnon Bas Morsch, met wie hij elk jaar zo’n honderd optredens in de Randstad en België programmeert, het idee om Ariel Pink’s Haunted Graffiti in De Nieuwe Anita te boeken. “Maar toen ontplofte zijn debuutplaat Before Today ineens,” herinnert Caren zich. “Die was toen net uit en kreeg een 9 op Pitchfork. Mensen hebben het nog steeds over de rij die toen voor de deur stond – die ging bijna tot het Leidseplein.” Pink was een beetje geïrriteerd die avond. “Hij ging al langer mee en had eindelijk succes, staat ‘ie in zo’n leipe kraaktent te spelen, en het publiek dat het wil zien kan er helemaal niet in. Hij was vet chagrijnig, maar het was wel heel uniek dat hij daar speelde. Sowieso is het een weirde gast.”

Advertentie

Dat concert zag er trouwens ongeveer zo uit:

Het optreden verliep niet vlekkeloos. In De Nieuwe Anita spelen de bands beneden en kun je er van boven naar kijken, zoals Caren deed. “De lampen waren vol aan, het zag er niet gezellig uit.” Dus hij naar beneden, zich door de mensenmassa heen wurmend. “Ik dacht: ik doe wat met die lichten zodat het donkerder wordt. Toen het nummer afgelopen was, draaide ik die lichten uit, en weer een beetje aan. Maar hij is een superheftige en impulsieve gast, dus toen ik dat deed riep hij ‘oh! Moeten we stoppen? Oké, show is over!’ en liep hij weg. Hij is wel weer terug gekomen, alleen niet heel lang meer.”

Dit soort avonden had Caren toen hij begon voor ogen: lekker vol, met genoeg publiek voor ondergewaardeerde of onbekende acts. Want dat was er in 2004 aan de hand in Amsterdam, zag hij. Er gebeurde genoeg, maar er werd te weinig mee gedaan. En dat kon anders, vond hij, die na een succesvolle bandavond in Paradiso – “het zou eigenlijk eenmalig zijn” – besloot door te gaan met concerten programmeren. Subbacultcha! moest een merk worden: “Dat je wist ‘als zij iets neerzetten is het altijd goed’.”

Twee jaar geleden deed Subbacultcha! hun begintijd dunnetjes over met een festival met alleen maar te gekke Nederlandse bands. Op die Sound of the Dutch Underground (2012, Melkweg) speelde Wolvon. “Typisch zo’n band die je niet in een standaardclubsetting moet zien. We dachten: hoe kunnen we dat in de Melkweg tot z’n recht laten komen? Op een hoog podium komt dat niet goed over. Het plan was om de band op de grond tussen de mensen te laten spelen. Dat was te gek, het was helemaal vol en het ging los.”

Advertentie

“We hebben Wolvon ook een keer op onze Eurosonic Day Party gehad, dat doen we al heel lang in een galerie in Groningen. Ieder jaar wordt het steeds drukker, elke keer staat de hele straat vol met mensen. Toen zij speelden was het zó hard, het stond zó vol – alle ramen waren beslagen. Het concert eindigde met het drumstel half omver, feedback en noise. Toen klom er iemand uit het publiek achter hen langs om Wolvon op het raam schrijven in de beslagen ruit, tijdens die enorme muur van geluid. Dat was wel episch.” De laatste paar Day Parties zijn eigenlijk “allemaal geslaagd”, volgens Caren. “Paar jaar terug speelde Austra, een Canadese band. Natuurlijk heel raar voor Eurosonic. We hebben verder niets met de organisatie te maken, ze gedogen ons, maar toen kwamen er wel klachten. Ze zeiden: “Leuk dat jullie dat doen, maar kunnen jullie misschien geen Canadese bands op een Europees festival boeken?” Een jaar later speelden ze de grote zaal van Paradiso plat, dus het is wel heel gaaf dat we ze bij ons in de galerie hebben gehad. Ik vind het best wel punk dat wij als eerste een Noord-Amerikaanse band op Eurosonic neer hebben gezet.”

Austra op een andere Subbacultcha!-avond, in OT301:

Ook lekker punk en heel erg Subbacultcha!: gewoon dingen doen. “Bas en ik zijn heel impulsief, we hebben veel ideeën en willen die snel uitvoeren.” Dat deden ze bijvoorbeeld bij het optreden van de experimentele punkers van No Age, toen de band in 2011 in Paradiso speelde. “Ze komen uit Los Angeles, uit de DIY-scene. De band vond al die grote clubs waar ze speelden maar niks dus ze wilden na hun show in Paradiso nog ergens een speciaal optreden doen. We hebben ze toen op een dinsdagnacht geboekt op de Russische duikboot, de Stubnitz. Wij dachten dat het wel los zou gaan, maar er kwam vijftien man. En zij waren helemaal uit hun dak van allerlei middelen, dus het was heel bijzonder allemaal.

Vijf jaar geleden vernieuwde Subbacultcha! zich met een magazine en een lidmaatschap. De Nederlandse bands worden nu aangevuld met internationale, en er is ook aandacht voor beeldende kunst. “Het past bij ons,” zegt Caren. “We lopen voorop en ontdekken nieuwe terreinen.”

Er is geen nieuw tienjarenplan, maar de komende tijd gaat die vernieuwing gewoon door: het kleine magazine (formaat achterzak) wordt ingeruild voor een groter exemplaar (formaat twee keer je achterzak) dat minder actueel mag zijn, er komt een nieuwe website en een maandelijkse opvouwposter die een podium biedt voor jonge kunstenaars. Ook The Art Department wordt een ruimte waar kunstenaars kunnen werken en exposeren, in de kelder van het Subba-pand.

Waar gebouwd wordt, ontkom je natuurlijk niet aan tegenstand. Caren: “Dat we een partij zijn geworden waar mensen kritiek op kunnen hebben, ben ik wel trots op. Hoe meer kritiek, hoe relevanter we zijn.”

10 jaar Subbacultcha!: Subbacultcha! Forever, zaterdag 28 maart, OT301, Amsterdam. Met optredens van o.a. East India Youth, Gazelle Twin, Moi Non Plus, Palms Trax, Lemontrip, The Homesick, Naive Set, Apneu, Mountain States en meer.