FYI.

This story is over 5 years old.

Muziek

Fuck Amsterdam, in Limburg zorgen we zelf wel voor alternatieve muziek

Over het belang van de soos voor de Nederlandse bandcultuur.

Deze week richt Noisey zich eens niet op Amsterdam. Fuck Amsterdam. We richten ons met de grotere muziekverhalen eens niet op de hoofdstad, waar het zogenaamd allemaal gebeurt, maar op wat zich daarbuiten afspeelt. Niek Nellen van Afterpartees werkt al tien jaar als vrijwilliger in de soos in Horst. Elk dorp in Limburg heeft er zowat één, en allemaal zijn ze even belangrijk voor de bandcultuur.

Ik woon in Tilburg, maar elk weekend reis ik terug naar een dorp genaamd Horst. Hier wonen bijna al mijn vrienden en repeteer ik met mijn band Afterpartees. In Horst is in het weekend niet veel te doen. Tenzij je tevreden bent met twee keer per week après-skiën in een deprimerende disco of Status Quo luisteren in de kroeg, is er niet veel muzikaals te ontdekken. Daarom is de titel wel toepasselijk: Fuck Amsterdam. En niet omdat ik een hekel heb aan die stad. Nee, ik ben er jaloers op. Want in Amsterdam kun je met gemak op een dode donderdag Apparat gaan kijken. En ik weet zeker dat Sheer Mag (erg goed: luisteren) niet snel naar Noord-Limburg zal komen. Wat ik wil zeggen is dat als je in Amsterdam graag bands kijkt of van dance houdt, je letterlijk elke dag wel iets degelijks kunt gaan kijken. Jaloers ben ik (al ben ik wel blij dat ik hier in Limburg op redelijk veilige afstand van acts als de Pierce Brothers woon. Dat is fijn). Maar wat heb je in Horst dan wel? Nou, vroeger had je in Horst de Zopo, een ex-kippenhok dat werd omgebouwd tot podium. Binnen de kortste keren stond het bekend als de Paradiso van het zuiden. In dat hok speelden internationale acts als Laibach, Skinny Puppy en Death… (holy shit, Death heeft in de Zopo gespeeld). In 1992 bloedde de Zopo dood en verloor Horst zijn poptempel. Ik was toen twee jaar oud dus ik heb niks van die gloriedagen meegemaakt. Vanaf 1995 kwam er een nieuwe soos genaamd OJC Niks. In die soos ben ik nu al zo’n tien jaar vrijwilliger.

Advertentie

Death in de Zopo – 1989 / Enkel communisten daar in de Zopo In Horst en omstreken zijn geen grote popzalen, dus voor alternatieve muziek moet je zelf zorgen. Als puber die graag naar Iron Maiden, Sodom of Backfire! luistert word je helemaal gek als je elke week naar top40 moet gaan luisteren in de disco. Voor die jeugd is de soos dus een waar toevluchtsoord. In deze sozen, ook wel openbare jongerencentra (OJC) genoemd, organiseert de lokale jeugd activiteiten die ze zelf graag zouden willen bezoeken, of waarvan ze denken dat er vraag naar is in de regio.

Bijna ieder kerkdorp heeft zijn eigen soos (zolang ze nog niet over de kop zijn gegaan) die wordt gerund door vrijwilligers van zo’n 16 jaar tot 26 jaar oud. Elke soos heeft zo zijn eigen specialiteit: in Lottum doen ze metal, in Tienray luisteren ze enkel en alleen techno, Sevenum heeft veel indie en hardcore, Horst doet van alles en dan vergeet ik er nog een stuk of wat. Aangezien de capaciteit van een zaal vaak net zo groot is als het inwonertal van het dorp (kleine overschatting) wordt er flink wat afgefietst op vrijdag- en zaterdagavond. Op een zondagochtend zie je vaak hele stoeten moegedanste dorpsgenoten Tienray uitfietsen na een avondje Tanzbar (de Limburgse versie van ADE, zeg maar). Ook voor bands zijn sozen essentieel in hun ontwikkeling. Er is niks belangrijkers voor een beginnende band om ervaring op te doen en te merken hoe kut je nummers eigenlijk zijn. En dat doe je door flink af te gaan voor een zaal ongeïnteresseerde Lottumse ‘kruujers’. Daar word je sterk van. Broertje Bas speelde ooit in Lottum en maakte toen een opmerking over het gebrek aan applaus. Die mag daar nog steeds de soos niet in. Zijn toenmalige band is ook dood, dus let op met wat je zegt in Lottum.

Advertentie

Bands als de Heideroosjes begonnen in de lokale soos Walhalla en ook mijn eigen band (of een van mijn ex-bands) heeft alle sozen in de regio wel eens gehad. De Heideroosjes gaven zelfs een van allerlaatste shows in OJC Walhalla, de soos waar ze ooit hun eerste show gaven.

Op dit moment zijn er minstens 60 actieve bands in de regio, wat echt erg veel is voor een gemeente met 40.000 inwoners. Onderstaand filmpje, gemaakt door lokale organisatie

Muzikantine

, laat de gigantische variatie zien die de regio rijk is.

Ik zag de laatste tijd supertoffe lokale bands als

Depthclegg Delis

, CONDOR (met een drummer van 13!) en opkomend vrouwelijk hiphopsupertalent

NYN

in de lokale soos. Allemaal artiesten met de potentie om op Lowlands te staan over een paar jaar. En die bands hebben allemaal een actieve scene nodig om hun kunst te uiten. Die scene vind je op het platteland in de soos.

Maar ook voor vrijwilligers is de soos een belangrijke plek om hun creativiteit kwijt te kunnen. Zo organiseerden wij vroeger Space Nights, waarbij we de hele zaal vol knalden met grasmatten (met de Opel Astra gehaald in Nijmegen, ligt nog steeds helemaal vol zand) en waterpijpen, en dan de vreemdste electronica draaien. Hier kwamen dan vijftig man op af, die vaak na een uur weer vervreemd wegliepen. We organiseerden Guitar Hero-avonden, Love Nights met bijbehorend speeddatesysteem en andere evenementen, waar de lokale jeugd hun creatieve ei in kwijt kon en ervaring met organiseren en programmeren op kon doen. Ook bouwden we er ooit een Rube Goldbergmachine. Iedereen moet ergens beginnen. Grote mensen in de Nederlands popscene groeiden op in de lokale soos: zowel Eric Erenburg a.k.a. directeur van Lowlands als Walter Roadburn a.k.a. de baas van het beste metalfestival van Europa begonnen in het lokale jeugdhonk. Mountain Bike @ OJC Niks – foto door Tom Roelofs

Advertentie

Verder kent iedereen van de sozen elkaar, en helpt elkaar: mensen van OJC Niks staan op het festival van OJC Gaellus mee te helpen, en toen de tap van onze soos het begaf tijdens het 20-jarig jubileum werd er om vier uur ’s nachts nog naar OJC Canix gecrosst om een nieuwe te halen. Lekker, zo’n netwerk vol vrienden.

Jammer genoeg gaan er de afgelopen jaren steeds meer over de kop vanwege niet sluitende begrotingen en gebrek aan subsidie. Ook neemt de frequentie van activiteiten en programmering sterk af, door een leegloop aan vrijwilligers en gebrek aan publiek. Bovendien spelen er steeds minder bands, iets wat ik persoonlijk natuurlijk betreur.

Het probleem is ook dat de drempelwaarde van een soos rechtstreeks verbonden is aan de animo van de lokale jeugd. Als een soos geen jeugd meer kan bereiken verdwijnt het bestaansrecht ook. De gemeente zet hier liever appartementen neer, dan dat ze een slecht lopende jongerensoos gaan financieren. Maar waarom zijn sozen nou zo belangrijk? Nou, omdat elk dorp, of in ieder geval elke gemeente, een plek nodig heeft waar de alternatieveling zijn heil kan zoeken. Waar techno, metal, punk en elke ander obscuur genre tot z’n recht kan komen. Een plek waar lokale bands kunnen spelen en waar jongeren gelijkgestemden kunnen ontmoeten. Ik heb vrienden die al heel lang in Amsterdam wonen, en daar elke dag kunnen gaan doen wat ze willen, en zelfs die zijn wel eens terug in Horst. En dan komen ze naar de soos.

PS: Het Prilpop Festival vindt ieder jaar plaats in OJC Walhalla. Ze zoeken altijd bands. Dus bands uit Amsterdam, kom je niet aan de bak daar, kom spelen in Sevenum. Zijn ze er heel aardig. Stuur je demo hier heen.

PPS: De beste show die ik ooit zag was in ons eigen OJC Niks. Reet Votti, de Bill Conti-coverband, speelde daar met broertje Bas op drums. Ik zal het nooit vergeten.

Afterpartees zelf geeft op 19 december een slotconcert in Grenswerk, Venlo, samen met o.a Rats on Rafts, Lookapony, The Tubs, MOOON.