FYI.

This story is over 5 years old.

Muziek

ADV. Berlijn: Thuishaven van de echte drum 'n' bass

In de Duitse hoofdstad draait het echt niet alleen om techno.

Dus, what the hell is Air Max Day? Voor degenen die niet helemaal bij zijn met hun sneakerkennis: op 26 maart herdenken we de dag in 1987 dat de oorspronkelijke Air Max met zijn zichtbare luchtbel zijn intrede deed. Op deze dag vieren we het hartstochtelijke onthaal van de schoen en diens bijna dertig jaar durende heerschappij.

De Air Max 1 staat symbool voor het moment dat Nike het sneakermerk werd. De creatie van de schoen werd geleid door de legendarische ontwerper, oud-atleet en architect Tinker Hatfield, Nikes huidige vicepresident van Design and Special Projects. Hatfield ontwierp tevens de beste Jordans en de iconische Air Max 90.

Advertentie

Als je net als ik geen bergen geld voorhanden hebt, wil je waarschijnlijk dat de schoenen die je koopt de beste van de beste zijn. Kijk, zichtbare lucht werkt gewoon, want wie wil er nu niet op lucht lopen? Elke nieuwe Air Max-generatie biedt het beste op het gebied van Nikes Air-technologie, waarbij er zo veel mogelijk luchtdemping wordt gegenereerd als wetenschappelijk mogelijk is, tegen een redelijke prijs en een robuust ontwerp.

Een lichtgewicht hardloopschoen met hoge specificaties is altijd van groot belang geweest voor de Europese, in sportkleding gestoken fans van elektronische dancemuziek. In de begindagen was het alsof elke ontwikkeling in de Air-technologie, en elk nieuw model Air Max samenviel met een nieuwe sprong in dancemuziek. Ik bedoel, wie wil er nu niet futuristische beats horen en tegelijkertijd futuristische, lichtgewicht schoenen dragen om erop te dansen? Natuurlijk zijn er belangrijkere dingen in het leven, maar aangezien de jaren na 1987 de meest opwindende waren op het gebied van elektronische muziek en sneakerontwerp, waren goede muziek en goede sneakers een goed begin.

undefined

Op een warme middag in juli 1998 scheurde ik over de A4 in een gehuurde Mercedes E-klasse. Hierin doorkruiste ik het land met mijn vrienden Miguel Ayala, Ronin en Glacius, ook wel bekend als de Precision Crew. Onze bestemming: Berlijn, waar we geboekt waren voor een optreden in de prestigieuze WMF club. Elke vrijdag hoste het Berlijnse collectief Hard:Edged hun Drum & Bass events in deze state of the art club op het Johannishof, een voormalig pension van de Oost-Duitse raad voor de val van de muur.

Advertentie

Tussen mijn thuisbasis Frankfurt en Berlijn heerste altijd een lichte rivaliteit binnen de Drum & Bass. Het feit dat mijn vrienden en ik als team geboekt waren voor een optreden in de officieuze Duitse hoofdstad van het nachtleven, was voor ons dus zowel een compliment als een uitdaging.

Hard:Edged stond erom bekend de toko altijd af te breken. En terwijl de meeste Drum & Bass events op het Europese vasteland headliners van het Britse moederland nodig hadden om publiek te trekken, vertrouwde Hard:Edged op lokale talenten om de boodschap over te brengen. En ze lieten er geen misverstanden over bestaan: opgestapelde speakers, 360 graden projecties; de hele riedel.

Maar Berlijns verhouding met Drum&Bass begon al lang voor WMF. In 1994 werd club ‘Toaster’ in de Neue Schönhauser Strasse geopend. Hier werden de meesten voor het eerst blootgesteld aan de nieuwste Britse whitelabels. Het Berlijnse publiek bleek echter altijd een fijnproever. Het kende zijn tunes, had een rewind zo door en keek je vol minachting aan als je mix mislukte.

undefined

Wat me zo opviel, was de infrastructuur die Berlijn bood aan jungle om zich te ontwikkelen. Naast een aantal gespecialiseerde platenzaken, waren er wekelijks shows te horen op aardse radiostations als Kiss FM en Fritz en een vakkundig door CGB-1 bemande Neumann VSM 66 dubplate cutting machine draaide dubbele diensten vlak voor het weekend.

Zo rond 1995 werd Duitsland getroffen door een zware jungle-hype en de media liep weg met deze sound van de toekomst. Jungle werd geprezen als ‘het donkere alternatief voor techno’, maar de cd’s bleven in de winkelrekken liggen als oud brood. Hoewel dit niet de enige reden was voor de terugslag die volgde, was het wel een teken dat de moeilijke breaks en baslijnen misschien toch een beetje te complex waren voor het ongetrainde oor. Het duurde dus niet lang voor jungle niet meer the next best thing was en tegen het einde van 1996 ging de stroming weer underground. Hoewel, het jaar erop werd club Icon geopend, in de wijk Prenzlauer Berg. In deze voormalige brouwerij vonden enkel en alleen jungle-events plaats. Het was een teken dat jungle zeker nog wel leefde in de Berlijnse uitgaansscene. Dankzij de unieke topografie van het Berlijnse nachtleven, ging jungle schouder aan schouder met house en techno, waardoor er een bijzondere kruisbestuiving plaatsvond. Geen wonder dat Hard:Edged tijdens de Loveparade van 1997 vertegenwoordigd werd door Britse zwaargewichten uit de scene, waarmee ze bewezen dat de stroming nog altijd zware klappen uitdeelde.

Advertentie
undefined

Qua stijl zag het Berlijnse Drum&Bass publiek er anders uit dan die in Londen. Hoewel ze de Britse oorsprong van de sound zeker wel erkenden, gaven de Berlijnse locals er al snel hun eigen draai aan. In het fanzine ‘Easy’ dat in 1994 werd gelanceerd, werden alle ontwikkelingen bijgehouden, in 1997 opgevolgd door het goedlopende muziek- en lifestylemagazine ‘De:Bug’. In Berlijnse clubs was modemerk Irie Daily alom vertegenwoordigd, mede dankzij de nauwe banden die het merk onderhield met enkele boegbeelden uit de scene.

In tegenstelling tot het Verenigd Koninkrijk, had Berlijn geen native ragga scene, en kwam het overgrote deel van de Duitse junglefans uit de hardcore en technoscene. Hier kwam de voorliefde voor T-shirts en platentassen van Jeff Mills’ Underground Resistance Collective uit Detroit vandaan. Daarbij waren de MC’s niet zo prominent vertegenwoordigd zoals in Londen en was de kleding stukken minder opzichtig. Alle elementen van de jungle soldier werden wat afgezwakt.

Het was tijd voor de Air Max 95; een sneaker die met zijn nieuwe radicale styling en luchtbed onder de voorvoet net zo op de toekomst gericht was als de muziekstroming zelf. Wijde T-shirts en baseballpetjes; de elementaire bouwstenen van gematigde sportswear. Je ziet de ongedwongen low-key stijl van toen nog altijd terug in de Berlijnse clubs. Als je echter kijkt naar wat hoogvliegers uit die tijd, zie je al sporen van de opkomende cyberstroom uit de trancewereld. Een andere subtrend was het dragen van camouflage- en legerkleding. Met name cargobroeken sloegen een brug naar de Berlijnse industriële punk- en technoscenes.

De Berlijnse junglestijl was praktisch en ruig, maar wel met een duidelijke club vibe. Het leunde sterk op de sounds fundering en werd subtiel aangepast naar het voorbeeld van house en techno. En dit erfgoed leeft nog altijd voort.

Er is veel gebeurd sinds de hoogtijdagen van de jungle: het leidde tot een aantal top 10 hits, stierf meerdere keren uit en de scene werd wereldwijd erkend. En er lijkt altijd wel ergens een talentvolle slaapkamerproducer een nieuwe draai te geven aan jungle. Net op zo’n moment dat er dringend behoefte aan is. Maar dat is weer een heel ander verhaal.

Fotografie - Alex de Mora
Creative Director en Stylist - Kylie Griffiths
Assistenten - Ellie, Sian, and Thomas
Productie assistenten - Tabitha Martin
Haar - Johnnie/Morocaan Oil
Make Up- Lucy Wearing/MAC Cosmetics
Make Up assistenten - Lydia Harding and Celia Evans.
Modellen - Callum, Cleso and Matthew