FYI.

This story is over 5 years old.

Muziek

Bij de Jostiband spelen ze nog altijd met kleurtjes maar is BZN allang uit de gratie

Ik deed mee met de repetitie voor het megaconcert dat ze in de Ziggo Dome geven.

Met een taxibusje rijd ik naar Zwammerdam. Het is vroeg op de avond, maar een ov-bus gaat niet meer naar het dorp waar ik tot vandaag nog nooit van had gehoord. Zwammerdam is een gehucht en telt iets meer dan tweeduizend inwoners. Een derde daarvan is verstandelijk beperkt. Aan de rand van het dorp ligt een enorm landgoed waar gehandicaptenzorginstelling Ipse de Bruggen is gehuisvest. In de aula repeteert elke week de Jostiband.

Advertentie

Schuin voor me in het busje zit Jacqueline. Ze is al vijftien jaar lid van het orkest. Niet alle leden wonen op het landgoed, Jacqueline woont bijvoorbeeld in Alphen aan den Rijn, zes kilometer verderop. Elke week maakt ze het ritje met de taxibus. Ze vraagt aan de chauffeur of hij ook naar de Ziggo Dome komt. Maandag 5 september speelt de Jostiband daar ter viering van hun vijftigjarig bestaan. De chauffeur, die haar bijna wekelijks brengt, is eerlijk. Hij weet het nog niet zeker. Jacqueline lijkt het weinig uit te maken. Ze is sowieso niet zenuwachtig. “We gaan het wel zien,” zegt ze.

De Jostiband is wereldberoemd. Het orkest speelt regelmatig in het buitenland, zoals in Duitsland, Zwitserland en Frankrijk. Ze speelden zelfs een keer in Israël. Dat is niet vreemd: de Jostiband is met 142 leden het grootste orkest met verstandelijk beperkten ter wereld. In Zwammerdam oefenen ze elke week twee uur lang, met een kwartier pauze.

In de aula heeft iedereen een vaste plek; de ritmesectie vooraan, het slagwerk daarachter en links en rechts zijn er rijen voor de toetsenisten gevormd. Ik tel minstens 42 keyboardspelers. Als een instrument toch niet bevalt, is het geen probleem om over te stappen. Voordat de repetitie begint, rookt Jacqueline buiten een sigaretje. Ik houd haar gezelschap. Ze vertelt dat ze eerst keyboard speelde. “Maar ik kon het tempo niet bijhouden. Nu speel ik xylofoon.”

Advertentie

Begin augustus reageerde Pierre Kartner teleurgesteld toen bleek dat niet hij, maar Gerard Joling was gevraagd om tijdens het jubileumconcert Het Kleine Café Aan de Haven te vertolken. Dat zegt veel over de status van Vader Abraham (zijn lied Als je Inlegkruisje Maar Goed Zit uit 1996 had hij natuurlijk nooit uit moeten brengen, het heeft zijn carrière volledig genekt), maar nog meer over de evolutie van de Jostiband. De orkestleden mochten zelf bepalen wie ze wilden uitnodigen voor een gastoptreden. Op de wensenlijst kwam Pierre Kartner niet voor. Zijn grootste (en enige) hit wordt nog wel door het orkest gespeeld. Tijdens de repetitie komt-ie al vrij vroeg voorbij. “Ah jakkie, Vader Abraham,” roept iemand.

Smartlappen raken uit de gratie bij de Jostiband. BZN was vroeger een van de populairste artiesten in de doelgroep (exacte cijfers heb ik niet, maar geloof me, het is zo). Nog geen tien jaar geleden traden ze nog samen op. Maar in het huidige repertoire geen spoor van Jan Keizer en Anny Schilder. Geen Mon Amour. Het openingsnummer in de Ziggo Dome zal This is What it Feels Like van Armin van Buuren zijn. Tijdens het oefenen van het nummer gaan vuisten en vingers in de lucht.

Ook Ten Feet Tall van Afrojack en Viva La Vida van Coldplay worden gespeeld, al gaat dat laatste nog niet helemaal soepeltjes. Vooral het stukje waar ze bis en rood tegelijk moeten spelen, blijft lastig, vertelt de dirigent aan het orkest. De dirigent is Lyan Verburg. Ze is een soort vrouwelijke Cor Bakker, al heeft ze ook wel wat weg van Ron Boszhard. Ze heeft een jaloersmakende energie, zwaait sierlijk maar soms ook woest met haar armen op het ritme van Bloed Zweet en Tranen en maakt grapjes met de orkestleden. Veel grapjes. Grapjes maken – zo blijkt al snel – is hier een ding. Tussen de liedjes door worden ze gemaakt, vaak meerdere achter elkaar. Over Vader Abraham en of hij weleens zijn Smurfen vergeet, Doutzen Kroes en iets met rode neuzen. Zonder grapjes zou waarschijnlijk de helft hier niet zitten. Soms zijn de orkestleden niet te stoppen, dan zegt Lyan er wat van. Dan is het klaar en tijd voor het volgende liedje.

Advertentie

Toen ik op de basisschool zat, gebruikte je het woord josti als je iemand keihard wilde beledigen. Josti was zowat het ergste scheldwoord denkbaar (de term kankerlul was nog niet uitgevonden). Verstandelijk gehandicapten kregen dezelfde bijnaam. Onderweg naar de repetitie lees ik op internet dat Josti niet meer is dan een samenvoeging van Johannes Stichting, een woongroep voor gehandicapten in 1966 in Nieuwveen. Het is daar waar de Jostiband, het muziekgroepje van de stichting, ontstond. De zusters merkten hoe positief er werd gereageerd op het spelen van liedjes.

Het is inderdaad opvallend met hoeveel overgave de liedjes worden gespeeld. En hoe serieus de muziek wordt genomen – ondanks al het geklets en de grapjes tussendoor. In de pauze drink ik koffie met Dennis. Hij is 28 jaar en speelt net als Jacqueline xylofoon. Hij weet niet precies hoe lang hij bij de Jostiband zit. “Best wel lang eigenlijk.” Hij heeft ook al best veel opgetreden, maar nog nooit in zo’n grote zaal als de Ziggo Dome. “Ik zou dat vet gaaf vinden.” Een klein beetje zenuwachtig is hij wel, en ook is hij bang dat er iets verkeerd gaat. Een xylofoon lijkt een makkelijk instrument, waar je af en toe een tikje op geeft. “Maar we spelen zoveel nummers en sommigen gaan zo snel, dan twijfel ik soms of ik wel de goede noot aansla.” Zijn favoriete liedje is Brabant van Guus Meeuwis. Hij is vaak in Eindhoven geweest en hij is fan van PSV. “Ik vind het zo leuk om te zien hoe Guus Meeuwis speelt, en hoe hij geniet. Ik hoop dat hij veel geluk heeft met ons. Ik ga dit nooit vergeten.”

Advertentie

Na de pauze is er een verrassing. Het blijkt Frank van der Lende te zijn. Even ben ik bang dat ze hem niet zullen herkennen – zo lang heeft hij nog niet zijn dagprogramma op 3FM. Maar hij wordt onthaald als een god. Het bloed van Evelien, die keyboard speelt, stroomt naar haar wangen. Maandenlang belden ze met elkaar in zijn uitzending om over van alles maar toch vooral de Jostiband te praten. Ze hadden ook een weddenschap afgesloten: een paar weken zou Frank niet roken. Voor elke sigaret die hij toch rookte, zou hij vijf euro doneren aan de crowdfundingcampagne waarmee geld werd ingezameld voor het decor en de kostuums. Frank heeft 180 euro bij zich. Evelien vertelt hem als bedankje een mop. Wat het verschil is tussen een bakker en vloerbedekking. Er wordt gelachen, maar ik versta het antwoord niet. Iemand anders vraagt of Frank vrijgezel is.

Mijn oom Wim is verstandelijk beperkt. Van hem leerde ik in mijn tienerjaren de truc om op mijn keyboard gekleurde stickertjes te plakken die de noten aangeven. Op die manier wist ik net op tijd Merry Christmas in te studeren voor het kerstfeest van groep 8. Oom Wim had dat weer afgekeken van de Jostiband. Iedereen daar speelt er met kleurtjes op zijn instrumenten. Op de xylofoon passen ze niet, de xylofoonspelers kijken tijdens de repetitie naar Amanda die steeds weer een ander gekleurd bord omhoog houdt. Na het kerstfeest heb ik nooit meer opgetreden, ik kan nog altijd geen toetsen spelen. Zelfs met kleurtjes op je keyboard, gaat het uiteindelijk om doorzettingsvermogen. De Jostiband repeteert soms wel een jaar een liedje voordat ze een liedje live spelen.

Percy gunt me geen blik waardig, dat komt waarschijnlijk omdat hij volledig in de muziek opgaat

Toch word ik gevraagd een liedje mee te spelen. Er is een plekje vrij achter de tom, naast drummer Percy. We spelen de James Bond-theme. Ik heb één keer in mijn leven een film van James Bond gezien (ik geloof GoldenEye) en vind het moeilijk om het ritme te vinden. Ik kijk naar dirigent Lyan maar snap weinig van haar bewegingen. Ongemakkelijk wend ik mijn blik naar Percy. Ik zoek oogcontact, vrij subtiel maar het is een schreeuw om hulp. Hij kijkt de andere kant op. Het liedje duurt eindeloos, en mijn lompe, doffe getik is zo uit de maat dat iedereen het moet zijn opgevallen. Ik moet denken aan de woorden van Delia, die ik voor de repetitie sprak. “Laatst speelden we in Kiev,” vertelde ze. “De mensen daar vonden het zo mooi dat we er waren. Sommigen moesten ervan huilen. We zijn mensen met beperkingen, maar we gaan laten zien wat we alsnog allemaal kunnen.” De taxichauffeur van Jacqueline twijfelt misschien nog, maar koning Willem-Alexander komt sowieso naar de Ziggo Dome. Als de koning komt kijken, dan doe je niet zomaar iets.

Zoals elke repetitie, eindigen ze met In de Gloria. Al is er dit keer niemand jarig geweest.